23 februari 2009

Liever wolf in het bos …….

Onder deze provocerende titel publiceerde Pieter Jan Verstraete een portret van de stichter van het Vlaams Blok/ Vlaams Belang, Karel Dillen. Het gedicht van Wies Moens, waarnaar de titel verwijst, was Karel op het lijf geschreven:

Al waart gij allen…
Dit is mijn trots, o volk:
dat ik uw beeld heb in mijn ziel gedragen,
gaaf en schoon, wijl gij u krenken liet
en bracht den krenkers eer en dank daartoe;
niet ik alleen: een luttel hoopje nog
van mannen, die voor goud noch lauwerkrans
te koop zijn, liever wolf in het bos
dan vette hond de keten om de hals!

Met zijn biografie over Karel Dillen is Verstraete niet aan zijn proefstuk. De auteur publiceerde tot nu toe niet minder dan 31 boeken en 16 brochures naast tal van artikelen in diverse tijdschriften en jaarboeken. Hij ontving verschillende prijzen. Voor zijn omvangrijke tweedelige biografie over Elias ontving hij de eerste prijs van de Stichting Noord en Zuid.

Verstraete kwam op 6 september naar Stekene om zijn biografie over Karel Dillen voor te stellen. Ook de zoon van Karel, Koen, was aanwezig om Verstraete in te leiden. Koen gaf een overzicht hoe het boek tot stand kwam. Daarbij prees hij de schrijver om zijn strikt respect voor de feiten zonder vooringenomenheid. Daarna was het de beurt aan de schrijver om een samenvatting te geven van zijn 270 bladzijden tellende biografie. Pieter bewees dat hij zijn materie kende. Na één uur ronde hij af met de verrassende mededeling dat er over Karel Dillen nog veel meer te vertellen is. Er is dus nog werk aan de winkel. Dat neemt niet weg dat de biografie over Karel Dillen vlot van de hand ging. Karel Dillen in de eerste uitgave van zijn biografie:

“Het is jammer dat er in Vlaanderen haast geen memoires geschreven worden. Onze jongeren ,met interesse voor de Vlaamse beweging ,vinden hier geen lectuur waarin zij zich kunnen wapenen tegen ontgoochelingen op menselijk gebied. Ze denken te veel dat ze met heiligen te maken hebben” (pagina 72). En in een vraaggesprek ,verschenen in de Standaard in 1987, waarschuwt Dillen nog eens voor volgende vragen:

Waaraan hebt u de grootste hekel ?
“Aan mensen die opscheppen”.
Wat is uw grootste eigenschap ?
“Geen dikke nek trachten te hebben”.

Opvallende gelijkenis met de uitspraken van kerkleraren als Cassianus en Benedictus. Cassianus noemt trots en eigenwaan, de moeder van alle ondeugden.Ook Benedictus wilde dikke nekken buiten de kloostermuren houden. Op de vraag: welke hervorming of vernieuwing sedert 1945 bewondert u het meest ? Het antwoord van Karel Dillen: “Ik laat mijn bewondering liever naar tijdloze waarden gaan”.

Geen opmerkingen: